Tegen het einde van de legislatuur zal in België een nationaal instituut voor de mensenrechten worden opgericht. Dat zegt minister van Justitie Koen Geens naar aanleiding van een rondetafel van de Europese Commissie tegen Racisme en Intolerantie (ECRI) en het Interfederaal Gelijkekansencentrum.
"Tijdens de vorige legislatuur werd al een eerste stap gezet met de interfederalisering van het Gelijkekansencentrum en de oprichting van het Federaal Migratiecentrum", zegt Geens. De volgende stap is voor hem een nationaal mechanisme dat toeziet op de naleving van de mensenrechten.
De voorbije maanden werden al gesprekken gevoerd met de organen die nu toezien op onderdelen daarvan, zoals het Instituut voor Gelijkheid van Vrouwen en Mannen. De oprichting van het organisme wordt niet eenvoudig, omdat alle regeringen en parlementen hun fiat moeten geven, maar Geens wil de operatie voor het einde van de legislatuur afronden.
Staatssecretaris voor Gelijke Kansen Elke Sleurs is tevreden met het instituut, dat volgens haar de lacunes in de mensenrechtenbescherming kan opvangen. Ze denkt onder meer aan discriminatie op basis van taal.
De komende weken wil Sleurs ook een kb voorleggen dat een update van de antidiscriminatiewetgeving mogelijk moet maken. Daartoe wordt een commissie met magistraten, advocaten, werkgevers en werknemers opgericht. "Tijdens de zomer start dan het overleg tussen de federale en de deelstaatregeringen voor een nieuw actieplan ter bestrijding van discriminatie van LGBTI-personen (Lesbian, Gay, Bisexual, Transgender/Transsexual and Intersexed, red.)", besluit ze.