Koning Filip heeft een bezoek gebracht aan de politieagenten die gisteren gewond zijn geraakt bij de schietpartij in Vorst. "Voor onze mensen betekent die interesse veel", zei de commissaris-generaal van de federale politie, Catherine De Bolle, na het bezoek in het vroegere Rijksadministratief Centrum in Brussel.

De politie ontmoette de zeven rechercheurs die gisterenmiddag in Vorst een huiszoeking uitvoerden in het onderzoek naar de aanslagen in Parijs. Het Joint Investigation Team (JIT), waar naast leden van de federale gerechtelijke politie Brussel ook twee Fransen deel van uitmaakten, werd onder vuur genomen toen ze een appartement wilden binnengaan. In totaal raakten vier agenten gewond bij de huiszoeking en de politieoperatie die erop volgde.

Het bezoek van de koning aan de agenten, waar de pers niet bij aanwezig mocht zijn, duurde ongeveer een uur. "Onze mensen vertelden over wat er gebeurd is, over het lopende onderzoek en over de algehele veiligheidssituatie in België", zei De Bolle. "Ze vertelden ook over hoe ze moeten tussenbeide komen in situaties als deze, waarvoor een bijzondere kennis vereist is. De koning bedankte hen voor hun ingrijpen. Zijn interesse betekent veel voor onze mensen."

"Goed verweerd"

Ook premier Charles Michel (MR), minister van Binnenlandse Zaken Jan Jambon (N-VA) en minister van Justitie Koen Geens (CD&V) waren aanwezig tijdens het bezoek. "Het team heeft zich duidelijk goed verweerd", zei Geens na afloop. "De leider van het team, die niet bij de huiszoekingen zelf aanwezig was maar ze vanop afstand leidde, vertelde hoe ze tot de huiszoekingen zijn gekomen. Hij was op dat moment al 35 uur wakker."

Naast commissaris-generaal Catherine De Bolle waren ook Erik Jacobs, directeur van de federale gerechtelijke politie Brussel, en Claude Fontaine, directeur-generaal van de federale gerechtelijke politie, op het appel.