Het erfrecht wordt afgestoft

le jeudi 05 octobre 2017 11:17 Trends

De wetgever heeft het erf- en schenkingsrecht een update gegeven. Wat zijn de gevolgen voor uw vermogen en uw erfgenamen?

Er zit wat stof op het erf- en schenkingsrecht. Die wetgeving dateert grotendeels uit de tijd van Napoleon en houdt geen rekening met nieuwe samenlevingsvormen. Veel mensen kiezen voor een andere verbintenis dan het huwelijk, en er zijn meer nieuw samengestelde gezinnen. Door de langere levensverwachting erven kinderen ook steeds later, op een moment dat ze het financieel niet meer nodig hebben. Onder impuls van minister van Justitie Koen Geens (CD&V) is in juli een wet aangenomen om het erf- en schenkingsrecht aan te passen aan de nieuwe realiteit.

De helft van de nalatenschap is voor de kinderen

In het Angelsaksische systeem kunnen ouders hun kinderen onterven. In België kan dat niet. “Het basisidee in ons erfrecht is dat ieder kind recht heeft op minstens een deel van het vermogen van zijn ouders”, stelt Valérie-Anne de Brauwere, een advocate van Thales.

Het deel van de erfenis dat verplicht moet terechtkomen bij de erfgenamen in rechte lijn, heet de wettelijke reserve of het reservataire deel. De rest van het vermogen, het beschikbare deel, kan de erflater nalaten aan wie hij maar wil. Tot nu hing die wettelijke reserve af van het aantal kinderen. Als hij één kind heeft, moet de helft van de nalatenschap naar dat kind gaan. Als hij twee kinderen heeft, bedraagt de wettelijke reserve twee derde van het vermogen, wat neerkomt op een derde per kind. En als hij drie of meer kinderen heeft, krijgen ze samen drie vierde van het patrimonium, of ieder een vierde.

In het nieuwe erfrecht is het reservataire deel voor de kinderen beperkt tot de helft van de successie, ongeacht het aantal kinderen. “Dat is de belangrijkste wijziging”, benadrukt Sabrina Scarnà, fiscaal advocate van Tetra Law. “Je kunt dus voortaan vrij beslissen wat er met de helft van je vermogen gebeurt na je overlijden”, zegt Vincent Wyart, advocaat bij Van Gysel & Wyart. De manoeuvreerruimte wordt groter voor wie iets wil nalaten aan de kinderen van zijn nieuwe partner, aan een goed doel of rechtstreeks aan zijn kleinkinderen.  

“Er is ook een mentaliteitswijziging”, merkt De Brauwere op. “De generatie van onze grootouders had moeite om bij leven een deel van haar vermogen over te dragen, terwijl dat nu bijna de gewoonte is. We moeten erbij vertellen dat de wetgever daar de hand in heeft. Wie niet wil dat de fiscus een groot deel van het familiefortuin opeist, moet tijdens zijn leven een deel van zijn vermogen schenken.”

De reserve van de ouders verdwijnt

Als vandaag iemand kinderloos overlijdt en zijn beide ouders nog leven, gaat de helft van zijn vermogen naar de ouders. Als nog maar één van de ouders leeft, is dat een kwart. Die wettelijke reserve voor de ouders van erflaters zonder rechtstreekse afstammelingen verdwijnt volledig in het nieuwe erfrecht.

Een goede zaak, vindt Sabrina Scarnà. “De ouders hebben het geld meestal niet nodig. Het beantwoordt ook aan de vraag naar meer vrijheid om het vermogen te verdelen hoe men wil.” Valérie-Anne de Brauwere is het daarmee eens. “Mensen zonder kinderen willen liever dat hun vermogen naar hun partner gaat dan naar hun ouders, die over het algemeen genoeg financiële middelen hebben.” Een alleenstaande zonder kinderen kan voortaan vrij kiezen wie wat krijgt na zijn overlijden. Hij moet wel een testament opmaken om zijn erfgenamen aan te wijzen. Om het verdwijnen van die reserve te compenseren heeft de wetgever een beschermingsmechanisme, een soort zorgplicht, ingebouwd voor ouders die zich in een precaire situatie bevinden. De ouders kunnen dan ieder een kwart van de erfenis – het deel waar ze vroeger recht op hadden – opeisen in de vorm van een kapitaal of een lijfrente.

Nieuwe regels voor schenkingen

Een schenking aan toekomstige erfgenamen is eigenlijk een voorschot op de erfenis. De schenking moet na het overlijden in de aangifte van de nalatenschap worden vermeld en maakt deel uit van de taart die onder de erfgenamen wordt verdeeld. “De waarde van de schenking verschilt afhankelijk van de aard van de schenking”, zegt Vincent Wyart. “Bij roerende goederen wordt de waarde bepaald op het moment van de schenking, bij onroerende goederen op het moment van het overlijden.”

Stel dat ouders aan hun zoon een appartement aan zee schenken dat 200.000 euro waard is, en aan hun dochter een effectenportefeuille van dezelfde waarde. Heel wat jaren later overlijden de ouders. De effecten zijn dan 400.000 euro waard en de prijs van het appartement is gestegen tot 300.000 euro. In de aangifte van de nalatenschap staat 200.000 euro, of de oorspronkelijke waarde, vermeld voor de effecten, en 300.000 euro, of de huidige waarde, voor het appartement. Het verschil tussen beide schenkingen bedraagt 100.000 euro, waarvan de broer de helft aan zijn zus moet geven.  

De wetgever wilde dat onevenwicht herstellen. “In het nieuwe erfrecht moet de erfgenaam de waarde van een geschonken goed aanpassen aan de inflatie vanaf de schenking tot het overlijden. Die indexatie gebeurt op basis van de consumentenprijsindex in de maand van het overlijden”, legt Vincent Wyart uit. Onroerende en roerende goederen worden voortaan gelijk behandeld.

De familiale overeenkomst

Een andere grote nieuwigheid is de familiale overeenkomst of het familiepact. De wetgever komt tegemoet aan de wens van veel burgers om hun successie zelf te regelen samen met hun erfgenamen. Als alle erfgenamen akkoord gaan, kan er een familiepact worden opgesteld, waarin bijvoorbeeld een halfbroer wordt bevoordeeld of een andere verdeling tussen de eigen kinderen wordt gemaakt. Dat kan latere conflicten vermijden.

De nieuwe wet treedt pas binnen een jaar in werking. De nieuwe regels zijn van toepassing op nalatenschappen die openvallen vanaf 1 september 2018. Voor overlijdens voor die datum zijn de oude regels van toepassing. “Als je wilt dat schenkingen uit het verleden onder de oude regels vallen, bijvoorbeeld door de verschillende waardering van roerende en onroerende goederen, moet je voor 1 september 2018 een verklaring voor een notaris afleggen”, raadt Sabrina Scarnà aan.