Minister Geens werkt aan snellere, efficiënte en rechtvaardige Justitie

op 25 juni 2015 12:55 Persberichten

De Ministerraad behandelde vandaag in eerste lezing het wetsontwerp dat onder de noemer Potpourri II (Strafrecht en Strafvordering) wordt voorgesteld in het kader van zijn Justitieplan. Ook het wetsontwerp Potpourri I (Burgerlijk procesrecht) werd in 2e lezing goedgekeurd en is klaar om door het parlement behandeld te worden.

Zoals de Minister van Justitie, Koen Geens, bij de voorstelling van het Justitieplan aangaf wil hij zo snel mogelijk een aantal wetsontwerpen laten goedkeuren waardoor hij aan Justitie genoeg zuurstof en ademruimte kan geven om zich te kunnen concentreren op haar kerntaken. Hier een aantal van de voorstellen die uiteindelijk moeten leiden tot een efficiëntere en rechtvaardigere Justitie.

1. Voorafgaande erkenning van schuld (“guilty plea”)

In de procedure van het schuldig pleiten is de bekentenis van de dader een belangrijk signaal voor het slachtoffer, maar ook voor de samenleving. Het geeft het slachtoffer de gelegenheid en een basis om de vergoeding van de opgelopen schade te vorderen. Er moeten geen debatten meer gevoerd worden want in het voorstel van Minister Geens oordeelt het openbaar ministerie over de opportuniteit om een strafvermindering voor te stellen. De rechter ten gronde oordeelt trouwens nog altijd over de gegrondheid van de toepassing van een “guilty plea”. “Guilty plea” kan enkel toegepast worden voor feiten waarvoor de gevangenisstraf minder dan vijf jaar bedraagt.

Daarnaast voorziet de Minister een aantal aanpassingen in het systeem van de verruimde minnelijke schikking. De mogelijkheid om nog een minnelijke schikking af te sluiten na een eerste veroordeling wordt afgeschaft. De afgesloten minnelijke schikkingen zullen in het strafregister opgenomen worden.

2. Repatriëring van de veroordeelden

Strafuitvoeringsmodaliteiten - gericht om een reclassering in België voor te bereiden - kunnen niet meer worden toegekend aan veroordeelden die illegaal in het Rijk zijn. Tevens wordt voorzien in de mogelijkheid om tot repatriëring over te gaan van de veroordeelde zonder recht op verblijf die geen vrijstelling verkreeg van de strafuitvoeringsrechtbank of die zelf opteerde om alle straffen uit te zitten toch te repatriëren, en dit binnen de periode van zes maanden voor het einde van de straffen. Nu is deze periode beperkt tot twee maanden.

3. Correctionalisering

Minister Geens stelt voor om bij alle misdaden correctionalisering mogelijk te maken, waardoor ze door de correctionele rechtbank kunnen worden behandeld in plaats van door het assisenhof. Het openbaar ministerie zal oordelen of de misdaad in kwestie nog voor assisen moet worden gebracht. Dit laatste zal enkel overwogen worden wanneer het gaat over ernstige criminele feiten tegen politiemensen en in het geval van misdaden waarbij minderjarigen zijn betrokken en de familie zich verzet tegen correctionalisering.

Op die manier wordt de assisenprocedure, die voor alle partijen erg belastend kan zijn, een uitzonderingsprocedure.

De beslissing om al dan niet te correctionaliseren blijft tot de bevoegdheid horen van het openbaar ministerie en de onderzoeksgerechten.

Een andere wijziging voor assisen houdt in dat in de rechtspleging tijdens de deliberatie over de schuldvraag de beroepsrechters zullen aanwezig zijn, echter zonder stemrecht.

4.Invoering van het elektronisch toezicht als autonome straf

Vanaf 1 mei 2016 treedt de wet in werking die het mogelijk maakt om zowel het elektronisch toezicht en de invoering van de probatie als autonome straffen toe te passen. Over deze aanpassingen werd al overleg gepleegd in de Inter-Ministeriele Conferentie met de gemeenschappen over de Justitiehuizen.

Zo krijgt de strafrechter een aantal alternatieven voor de vrijheidsstraf. De gevangenisstraf moet een echte ultimum remedium worden wanneer andere straffen niet zinvol zijn.

5.Bepalingen betreffende Telefoontap (nietigheidssanctie)

In verband met telefoontap is er in de toekomst geen automatische nietigheidssanctie meer mogelijk van de vordering van de onderzoeksrechter. Nietigheid is voortaan afhankelijk van een afweging of het vormgebrek zo ernstig en zwaar genoeg is, dat het strijdig is met een eerlijk proces. De raadkamer, de kamer van inbeschuldigingstelling of de rechter ten gronde kunnen nog beslissen of de resultaten van de onderzoeksmaatregel worden geweerd. Tot op vandaag gingen alle resultaten van de telefoontap verloren bij elk vormgebrek, hoe minimaal ook. In het verleden werden op die manier verschillende rechtszaken nietig verklaard.

6.Verzetprocedure in strafzaken

Dit ontwerp heeft als bedoeling om de mogelijkheden van de verzetprocedure in strafzaken te beperken, zonder het recht op tweede aanleg te beperken: de codificering van een aantal principes inzake ontvankelijkheid van het verzet die niet limitatief zijn vermeld, het “verzet na verzet is uitgesloten”, en de uitwerking van hoger beroep die het verzet als ongedaan beschouwt.

7.Uitbreiding bevoegdheden administratief personeel politie

Het administratief personeel van de politie krijgt de bevoegdheid om pv’s van verkeersovertredingen op te stellen.

Raadpleeg de presentatie over het wetsontwerp 'Strafrecht en Strafvordering'. Klik hier.