Vragen in Plenaire Zitting van de Kamer

op 18 juni 2015 18:03 Parlementaire Vragen

Vraag van Volksvertegenwoordiger K. Degroot over de "opdoeking van het anarchistisch netwerk en de ontgoocheling van de speurders".

Antwoord van de minister:

Het dossier waarvan sprake is door het federaal parket in 2013 geopend, ingevolge de oproepen, via YouTube, tot geweld in het kader van de strijd van anarchisten tegen de bouw van de nieuwe gevangenis in Haren.

De federale procureur heeft mij bevestigd dat het dossier onlangs, bij een onderzoeksrechter die gespecialiseerd in “terrorisme” zaken is, in onderzoek is gesteld met het oog op het verrichten van huiszoekingen.

De onderzoeksrechter heeft de verzochte bevelen tot huiszoekingen verleend, en die werden in de loop van verleden week uitgevoerd.

De onderzoeksrechter heeft geen bevel tot aanhouding verleend. Ik kan uiteraard geen commentaar geven bij deze autonome beslissing van een onafhankelijke rechter.

De onderzoeksrechter is vandaag nog steeds belast met het onderzoek, op grond van de betichting van deelneming aan enige activiteit van een terroristische groep.

Ik kan begrip opbrengen voor de eventuele ontgoocheling van speurders wanneer verdachten worden vrijgelaten in het kader van een gerechtelijk onderzoek. Ik wil evenwel benadrukken dat dit geenszins betekent dat het gerechtelijk onderzoek niet wordt voortgezet. De verdachten zullen voor de rechter worden gebracht indien er voldoende aanwijzingen zijn van schuld.

Zonder me uit te spreken over de schuld van de betrokkenen, wil ik elke vorm van geweld en vandalisme streng veroordelen. Ik hecht een groot belang aan burgers die zich op vreedzame wijze verenigen om een standpunt te verdedigen. Hun acties worden echter in een negatief daglicht geplaatst door groeperingen die de indruk wekken hun standpunten te steunen maar die in de feiten vooral onrust en vernieling zaaien. Dit is onaanvaardbaar en moet kordaat worden bestraft.

Vraag van Volksvertegenwoordiger Kattin Jadin over de "bestaande wetgeving omtrent online gokken".

Antwoord van de minister:

Si la portée de la question est de savoir si la loi actuelle permet une régulation cohérente des jeux de hasard il faut un renforcement législatif et renforcer les contrôles, particulièrement des jeux sur internet.

En ma qualité de ministre de la Justice, je me suis engagé dans un processus pour compléter le cadre réglementaire. Il est nécessaire de modifier la loi, des arrêtés royaux et des protocoles :

La modification de la Loi porte sur:

-La Réduction de l’offre en diminuant les salles de jeux de 180 à 150, la restriction de l’utilisation du mot ‘casino’ qui est aujourd’hui malheureusement utilisé par les licences B, la prohibition des jeux, des machines et poker, en dehors du contrôle de la Commission des Jeux de Hasard. Je fais ici référence au fameux article 3.3. de la Loi, dont l’ exception mène aux distorsions du marché.

-La Loterie Nationale : La Commission des Jeux de Hasard a octroyé une licence sur base d’un AR annulé par le Conseil d’Etat.

5 Arrêtés royaux doivent être pris, et seront encore discutés en 2015 au niveau politique :

-L’AR sur l’art. 3.3 de la Loi : le préparation est en cours (le timing est octobre 2015).

-L’AR Déontologie, en connexion avec l’organisation de la publicité : il est demandé au jury d’éthique publicitaire (JEP) de déterminer des règles avec le secteur et les associations sociaux (timing fin d’année).

-3 AR internet : supervision et contrôle, liste jeux de hasard et webservices (timing fin d’année).

10 Protocoles Internet à développer (monitoring du marché, des serveurs et des jeux).

En ce qui concerne l’adaptation du système EPIS (système exclusion du joueur) qu’on veut connecter avec le Registre National, je peux vous informer que les travaux informatiques sont en cours avec l’Intérieur et ne nécessitent pas d’adaptation réglementaire.