Minister Geens op bezoek in de haven van Antwerpen

op 30 april 2014 20:44 Verslag op Kanaal Z en Trends.be

Minister van Financiën Geens steunt het idee dat bij de Douane er één manager per project moet zijn, die er voor verantwoordelijk is en als aanspreekpunt voor de sector dient. Hij pleit tevens voor een sequencering van de projecten, zodat ze vlot en in de juiste volgorde geïmplementeerd worden.

Dat zei hij na afloop van een werkbezoek in de haven van Antwerpen. Aan boord van de Flandria 16 ontmoette hij scheepsagenten, expediteurs, behandelaars en industrie om een stand van zaken te maken van het Douanebeleidsplan en om te luisteren naar hun verzuchtingen.

De sector was duidelijk blij dat Geens was ingegaan op het voorstel van Alfaport en het Antwerps Havenbedrijf. Volgens Walter Van Mechelen, voorzitter van Alfaport, is er het voorbije jaar veel vooruitgang geboekt. “Maar er staan nog een aantal projecten op stapel om van Antwerpse haven dé douanehub van Europa te maken. Zo moeten de douanediensten een goede balans vinden tussen controleren en faciliteren. Dit wil zeggen niet elke transactie-aangifte controleren, maar gebundelde controles”.

Geens zei dat zeer goed te beseffen. “Er is een parallel te maken tussen de douanecontroles en de bankencontrole. Die laatste waren vaak te formalistisch en ‘juridistisch’, nu staan de risico’s centraal. In Antwerpen zijn er 60.000 aangiftes per jaar. Ze allemaal op dezelfde manier controleren, remt de logistieke keten af. We moeten meer focussen op de risico’s,” zei hij.

In dat kader haalde hij aan dat een van de prioritaire projecten bij de Douane het risicomodule ‘Seda’ is. Dat is een IT-systeem dat de administratie zal helpen om de controles doelgerichter te kunnen uitvoeren. “Het moet in 2015 klaar zijn, liefst zelfs in 2014”.

Volgens Van Mechelen zal Seda inderdaad een grote stap vooruit zijn, omdat het systeem rekening zal kunnen houden met het feit dat een bedrijf AEO-gecertificeerd is. “Wanneer Seda operationeel is, zullen de bedrijven pas echt de vruchten kunnen plukken van de AEO-certificatie”