Hij is een beetje als Frank Vandenbroucke: wie het niet met hem eens is, heeft het meestal 'niet begrepen' en moet 'beter luisteren'. De professor Koen Geens wil gelijk hebben, de politicus Koen Geens gelijk krijgen. En de tjeef in hem wil voor iedereen goed doen. Alle drie hebben ze een rotweek achter de rug, met als dieptepunt het verwijt de scheiding der machten te schenden. En dát brengt nare herinneringen naar boven...
Van onze redactrice Marjan Justaert
BrusselVeel mensen zien hem nog altijd als het wit konijn, als de briljante professor die zijn bloeiende advocatenpraktijk vaarwel zei voor een ministerspost. Maar de 'academische onthechtheid', waardoor kritiek van je afglijdt, is Koen Geens (CD&V) al een hele tijd kwijt. Een en ander mondde uit in een zelden geziene 'motie van wantrouwen' vanuit de magistratuur. Een reconstructie.
Donderdag 4 februari.
Er is beroering over een vonnis in een zedenzaak, waarbij de dader een verkrachting heeft bekend, maar toch opschorting van uitspraak krijgt. De Morgen kopt 'Rechter praat verkrachting goed.' Een verontwaardigde Monica De Coninck (SP.A) ondervraagt de minister. Zijn antwoord is drieledig. Eén: 'Als een vrouw “neen” zegt, is het neen.' Twee: 'Vonnissen becommentarieer ik niet, maar het openbaar ministerie heeft gedaan wat verwacht kon worden en is in beroep gegaan.' Drie: 'Het strafrecht wordt hervormd, we willen misdrijven die de fysieke integriteit aantasten zwaarder bestraffen.'
Vooral het tweede deel van zijn antwoord zal de minister achtervolgen, samen met zijn uitspraak op Radio 1 dat hij 'uitkijkt naar het arrest van het hof van beroep'.
Zaterdag 6 februari.
Advocaat Sven Mary trekt in deze krant aan de alarmbel: 'Geens schendt met zijn uitspraken opnieuw de scheiding der machten', luidt het. Andere advocaten doen hetzelfde op andere fora. Geens voelt zich koud gepakt. Dat Mary, om het met een understatement te zeggen, geen fan is van Geens is een publiek geheim. Het frustreert de minister dat hij zijn eigen versie niet kan uitleggen.
Zondag 7 februari.
De minister verschijnt in De Zevende Dag, een afspraak die eerder is vastgelegd. Daar creëert hij een opening om de opschorting af te schaffen voor verkrachting. Hij zegt erbij dat hij met de meerderheid wil overleggen, oppert ook de mogelijkheid om werkstraffen of autonome probatie wél mogelijk te maken voor het misdrijf. 'Het zou denkbaar zijn, maar dat vergt een parlementair debat in mijn commissie Justitie', zegt hij.
Maandag 8 februari.
Deze krant laat rechter Jan Geysen, voorzitter van de Nederlandstalige Vereniging van Magistraten, en advocaat John Maes van de Orde van Vlaamse Balies, aan het woord. Allebei zijn ze niet te spreken over het idee om de opschorting af te schaffen. Maes is het scherpst: dit is een 'aanslag op het beoordelingsvermogen van de rechter' en 'steekvlampolitiek'.
Het spook van 2008
De verontwaardiging over de opschorting is omgeslagen in verontwaardiging over de houding en de uitspraken van Koen Geens.
Woensdag 10 februari.
De intussen bekende brief van het College van Hoven en Rechtbanken komt aan als een mokerslag. Vrijwel onmiddellijk komen op het kabinet-Geens nare herinneringen naar boven: de laatste keer dat de hoge magistratuur zó openlijk de scheiding der machten aanklaagde, dateert van eind 2008. Toen liet Cassatievoorzitter Ghislain Londers de regering-Leterme vallen. Yves Leterme en Jo Vandeurzen zagen zich gedwongen op te stappen. Inge Vervotte volgde.
Die periode is een zwarte bladzijde in de CD&V-geschiedenis, maar zover komt het lang niet. Geens, in het defensief, schiet in actie. Hij stuurt op zijn beurt een persbericht uit met de boodschap dat er een 'misverstand' is gerezen. 'De minister zal het College uitnodigen voor een onderhoud.'
Donderdag 11 februari.
Koen Geens wil de polemiek niet meer aanwakkeren en verkiest geen commentaar meer te geven. Politiek blijft de minister overeind, hij krijgt zelfs steun van oppositiepartij SP.A. Maar de vertrouwensbreuk tussen de minister en de gerechtelijke wereld is nog lang niet hersteld.
Wat speelt mee? Geens probeert van bij het begin van de regeerperiode de gerechtelijke kerk in het midden te houden. Maar met de advocatuur en de magistratuur heeft hij twee mondige, héél onafhankelijke beroepsgroepen die allergisch zijn voor politieke bemoeizucht, maar die ook weinig hervormingsgezind zijn. Al meer dan een jaar wordt achter de schermen getimmerd aan de toekomst van de magistratuur, die autonomer maar meer output-driven wordt. Niet alle rechters staan daarvoor te springen.
De minister vindt dat hij hun kritiek niet verdient, omdat hij met de weinige middelen die hij heeft er toch het beste van probeert te maken. Hij creëerde bijvoorbeeld een budget voor 40 extra magistraten in de Brusselse rechtbank die bestierd wordt door zijn 'kwelgeest' Luc Hennart. Maar die heeft al beloofd niet te zwijgen...
Marjan Justaert