Legerspionnen mogen nu ook in buitenland hacken

op 17 maart 2017 11:38 Het Belang van Limburg

Een computer in Syrië hacken, binnendringen in de gsm van een Irakese zelfmoordterrorist of in het geheim camera's installeren in een schuilplaats van Afrikaanse rebellen: vanaf nu mag de militaire inlichtingendienst ADIV ook in het buitenland verregaande spionageoperaties opzetten. De Kamer heeft donderdag het licht op groen gezet voor een aanzienlijke uitbreiding van het arsenaal van de Belgische inlichtingendiensten.

De Belgische inlichtingendiensten hebben een ondermaatse informatiepositie. Zoveel werd duidelijk na de aanslagen in ons land. Noch de Staatsveiligheid, noch de ADIV hadden aanwijzingen om het onheil te voorkomen.

Al eerder, na de aanslagen in Parijs in november 2015, besliste de regering om onze inlichtingendiensten meer mensen, middelen en (technologische) mogelijkheden te geven. Dat wetsontwerp van justitieminister Koen Geens (CD&V) en defensieminister Steven Vandeput (N-VA) werd gisteren goedgekeurd in de Kamer.

Centrale rol voor ADIV

Met de nieuwe wet krijgt de militaire inlichtingendienst ADIV een centrale rol. Vandaag doet de ADIV vooral werk dat verband houdt met buitenlandse operaties van Defensie, maar daar wordt de dienst nu van losgekoppeld. ADIV wordt verantwoordelijk voor de bestrijding van elke dreiging die vanuit het buitenland tegen ons land wordt gericht 'met militaire middelen'.

Her en der wordt de hervorming zelfs vergeleken met de vorming van een Belgische MI6, naar Brits voorbeeld. Zij het met minder middelen en opdrachten. Hoofddoel blijft het defensieve, de bescherming van Belgische onderdanen. Maar daarvoor krijgt de dienst wel een pak meer offensieve bevoegdheden in het buitenland.

Cyberdreiging

Tot nu toe mocht de dienst buiten het Belgische grondgebied enkel communicatie afluisteren. Dat wordt uitgebreid met de 'intrusie in buitenlandse informaticasystemen' en 'beeldopnames'.

Zo kunnen de legerspionnen nu binnendringen in buitenlandse computers om bijvoorbeeld een cyberdreiging te bestrijden of informatie te vergaren over terroristische netwerken. Daarnaast krijgt de ADIV ook de mogelijkheid om in het buitenland geheime beeldopnames te maken, bijvoorbeelden op plekken waar terroristen of rebellen samenkomen, teneinde hen te identificeren.

“Op vlak van inlichtingen liepen we zwaar achter. Er was geen voldoende wettelijk kader om onze mensen hun werk te laten uitvoeren zoals het hoort”, legt defensieminister Steven Vandeput uit. “Met deze wetswijziging vergroten we onze slagkracht en krijgen onze diensten meer technologische mogelijkheden. Zo knopen we aan met het buitenland.”

Vandeput benadrukt wel dat de ADIV niet willekeurig op zoek mag gaan naar informatie. “Ze mogen niet zomaar overal de James Bond gaan spelen. Alle nodige checks and balances zijn ingebouwd. Alles is gekoppeld aan afluister- en intrusieplannen die op voorhand onder mijn leiding worden bepaald.” In die plannen worden de doelwitten opgesomd.

Fictieve identiteit

Ook de Staatsveiligheid, de burgerlijke tegenhanger van de ADIV, krijgt met de nieuwe wet meer speelruimte. Vooral dan voor de bestrijding van buitenlandse inmenging en extremisme in ons land. Nu wordt de dienst vaak geconfronteerd met het probleem dat extremisten of haatpredikers die een visie propageren die ingaat tegen de democratie niet in de gaten kunnen worden gehouden omdat er geen directe gewelddadige dreiging van uitgaat. Dat verandert nu, met specifieke methodes om ook deze mensen af te luisteren of te hacken.

Daarnaast krijgt de Staatsveiligheid ook een eigen gewapend interventieteam, dat moet zorgen voor de beveiliging bij gevaarlijke operaties.

Beide inlichtingendiensten krijgen ook de mogelijkheid om hun agenten een fictieve identiteit aan te meten, inclusief vals paspoort. Over vijf jaar zullen deze maatregelen worden geëvalueerd.

Timmie VAN DIEPEN